Comments by "Marc van der Velsen" (@marcvandervelsen) on "Dit MOET je weten: ‘Het begrip inflatie is compleet veranderd’" video.

Wat een onzin. Als de economie groeit, is het noodzakelijk om ook geld bij te drukken. Stel dat we nog steeds dezelfde hoeveelheid (guldens) in omloop hadden als in 1900, dan zouden we nu in 2024 een tekort aan geld ervaren. Jouw redenering gaat ervan uit dat geld op zichzelf waarde heeft, maar dat klopt niet. Het is niet het geld dat waarde heeft, maar de onderliggende economie. Altijd dat gedoe over geldverruiming, een economie die groeit kan niet zonder geldverruiming.
3
@ Je hebt helemaal gelijk in je eerste punt. Wanneer de bevolking groeit en er dus meer wordt geproduceerd, moet de geldhoeveelheid meegroeien. Zo niet, dan krijg je deflatie. Het maakt daarbij niet uit of het geld fysiek (contant) of digitaal is, want geld zelf heeft geen intrinsieke waarde. Het is slechts een middel om waarde over te dragen. De werkelijke waarde zit in de productie: de goederen en diensten die worden geleverd. Geld bestaat enkel omdat we er collectief in geloven. We vertrouwen erop dat wat we vandaag voor 2 euro kunnen kopen – bijvoorbeeld een brood – over twee jaar nog steeds ongeveer dezelfde waarde vertegenwoordigt. Maar uiteindelijk zit de echte waarde in het brood zelf, niet in het geld. Denk aan een onbewoond eiland. Als je daar met een miljoen euro aan contanten strandt, heb je daar niets aan. Maar als dat eiland vol zit met dieren om te jagen, fruitbomen, en andere natuurlijke hulpbronnen, dan beschik je over echte waarde. Het is de beschikbaarheid van productiemiddelen die telt, niet de hoeveelheid geld die je hebt. Als jij weer producten maakt met die natuurlijke bronnen, krijg je toegevoegde waarde. Oh en als laatste: als er exact evenveel mensen zouden wonen als in 1900, maar onze productie is verviervoudigd als voorbeeld, dan heb je ook vier keer zoveel geld nodig. Dus kwantitatieve verruiming, anders loopt het systeem vast.
3
@stefanonbekend8177 Uitstelgedrag van consumenten even buiten beschouwing gelaten, leidt jouw voorstel onvermijdelijk tot lagere bedrijfsinkomsten. Wanneer prijzen dalen, maken bedrijven minder winst, waardoor ze genoodzaakt worden werknemers te ontslaan of hun productie te verminderen. Dit resulteert, in tegenstelling tot jouw bewering, juist in een stijging van de werkloosheid. Tegelijkertijd neemt de reële waarde van schulden toe, omdat de koopkracht van geld stijgt. Dit bemoeilijkt het aflossen van leningen voor bedrijven en huishoudens, wat op zijn beurt kan leiden tot faillissementen en verdere economische problemen. Kort gezegd: jouw voorstel brengt een grootschalige economische instorting teweeg.
1