Comments by "" (@followyourheartbecauseitsr4831) on "Lisa Westerveld ziet dat ook binnen het onderwijs mensen long Covid hebben opgelopen" video.

  1. 10
  2. Artsen hebben een eed afgelegd omwille van de individuele patiëntenzorg. In het belang van de persoon die voor hen staat als arts beloofden zij letterlijk het volgende: “Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen.
Ik zal aan de patiënt geen schade⁉️ doen.
Ik luister en zal hem goed inlichten⁉️
Ik zal geheim houden wat mij is toevertrouwd.” Dinsdag 17 januari 2023 werd de eerste tranche wetswijziging van de Wet publieke gezondheid (Wpg) behandeld in de Eerste Kamer. Kerntaak van de Eerste Kamer als medewetgever is de kwaliteit van de wetgeving toetsen op rechtmatigheid, uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid en het controleren van de regering .
Het Artsen Collectief is van mening dat deze wetswijziging niet zorgvuldig is voorbereid. Het is aan de Eerste Kamer dit voorstel voor wetswijziging serieus te behandelen en daarbij zorgvuldigheid te laten prevaleren boven politieke druk. Er is op dit moment geen urgente situatie, dus er is geen sprake van tijdsdruk. Er is genoeg tijd om eerst te evalueren hoe de diverse coronamaatregelen hebben uitgepakt, alvorens deze in een wet vast te leggen voor volgende pandemieën. Deze wet maakt dat de arts in conflict komt met deze eed, aangezien hij of zij de belofte om “het belang van de individuele patiënt voorop te stellen en deze patiënt niet te schaden” niet kan garanderen wanneer collectieve maatregelen wettelijk uitgevaardigd worden. Overigens geldt dit ook voor invasieve testen die de arts in het kader van deze wet zou moeten verrichten, om nog maar te zwijgen over vaccineren als medische handeling. Het duivelse dilemma voor de arts wordt dan: blijf ik trouw aan mijn eed, of houd ik mij aan de wet? Het is onethisch om door het instemmen met deze wetswijziging artsen in een dergelijk moreel dilemma te brengen. We doen daarom een dringend beroep op de Eerste Kamerleden hier niét in mee te gaan.
    2
  3. 1