Comments by "Hi Hoi" (@hihoi6085) on "'Gele hesjes' zetten politiebusjes in brand in Brussel - RTL NIEUWS" video.
-
1
-
1
-
1
-
@lars6619 Iedere samenleving streeft naar een harmonieus bestaan voor haar inwoners. Het succes of het falen van een elk systeem is afhankelijk van verschillende factoren. Een van deze factoren is de visie op de realiteit waaruit het systeem is voortgevloeid. Een andere belangrijke factor is de capaciteit van het systeem om de problemen die ontstaan in de samenleving op te kunnen lossen. Een uniek systeem dat gebaseerd is op een correcte visie op de realiteit en dat tevens oplossingen kan bieden vanuit zijn eigen visie is een succesvol systeem. Echter, als een systeem niet is gebaseerd op een correcte visie van de realiteit en als de oplossingen die het systeem aandraagt voor de samenleving ontoereikend zijn om de problemen van de mens op te lossen dan kan men objectief stellen dat het systeem heeft gefaald. In concrete termen betekent het dat een systeem ter ordening van de samenleving een visie moet hebben die het verstand overtuigd en dat past bij de aard van de mens.
Vandaag de dag is er maar feitelijk één regerend ideologisch systeem in de wereld, en dat is het Kapitalisme.
De verdeling van de welvaart is een van de duidelijkste indicatoren van het falende kapitalistische systeem. De armoede in de wereld is gigantisch groot. Momenteel bezit slechts een handvol personen meer rijkdom dan de helft van de wereldpopulatie. Er zijn naar schatting ongeveer drie miljard mensen wereldwijd die onder de armoedegrens leven. Tegelijkertijd is er in de gehele geschiedenis van in dit kapitalistisch systeem regelmatig sprake van overproductie van voedselwaren geweest.
Het voedsel wordt doorgaans vanwege ‘de bescherming van de prijzenmarkt’ telkens weer weggegooid. Zo was er ooit in Nederland sprake van overproductie van melk dat leidde tot de ‘melkplas’ en overproductie van boter die de ‘boterberg’ wordt genoemd. Enkel al het geld dat het Westen uitgeeft aan parfum is voldoende om de ontwikkelingslanden van voedsel te voorzien. Dit illustreert hoe krankzinnig oneerlijk de welvaart is verdeeld.
Men kan vandaag de dag nog steeds waarnemen dat het kapitalistisch systeem inefficiënt te werk gaat. Soedan bijvoorbeeld, heeft voldoende vruchtbare landbouwgrond om heel Afrika ermee te kunnen voeden! In Nederland heeft het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) onlangs voor het eerst het aantal daklozen geteld; 18.000 mensen. Bovendien leidt het Kapitalistisch economisch systeem altijd weer naar crises. Hierdoor zijn de voorstanders van dit systeem gedwongen toe te geven dat crises inherent zijn aan het systeem. Maar daarmee geven ze feitelijk toe dat het Kapitalisme niet in staat is om (haar eigen) problemen op te lossen. Tevens is daarmee duidelijk dat het Kapitalisme niet past bij de aard van de mens. Ieder mens heeft namelijk een overlevingsinstinct en een van de vereisten om dit type instinct gerust te stellen, is een kalm, veilig en stabiel leven te kunnen leiden. Het leven in een systeem waarbij om de zoveel jaren een enorme economische neerval te moeten mee maken, en het moeten accepteren dat men op ieder moment zijn baan en levensonderhoud niet meer kan krijgen, is onnatuurlijk.
Het falen van het Kapitalistisch systeem is op meerdere facetten waar te nemen. Zo is de bestrijding van de criminaliteit in dit systeem ook falende. Wereldwijd kunnen de autoriteiten nog steeds geen duurzame oplossing aandragen om de internationale drugshandel te bestrijden. Ironisch genoeg, is er sinds de inval in Afghanistan om democratie te brengen, het drugsverkeer explosief gestegen. De criminaliteitcijfers in de meest vooraanstaande landen is de afgelopen jaren feitelijk niet veranderd. De westerse bevolking voelt zich zelden nog veilig s'avonds op straat. De straffen op delicten hebben nauwelijks effect op criminelen. Hiermee is duidelijk dat ook het kapitalistisch strafrechtsysteem heeft gefaald.
Het Kapitalistisch systeem pretendeert dat men gelukkig wordt van dit systeem vanwege de ‘vrijheden’ die zijn gewaarborgd voor een ieder. Met andere woorden, deze zogenaamde vrije samenleving biedt de mensen de mogelijkheid zelf zijn of haar geluk in te vullen zoals zij dat wensen.
Zelfmoord, depressie en drugsgebruik zijn indicatoren van een ongelukkig bestaan. En het is juist in de westerse landen waar men de meeste toegang heeft tot de beleving van vrijheden de zelfmoorden erg hoog zijn. In Nederland plegen 1500 mensen per jaar zelfmoord, elk jaar hebben 100.000 mensen zelfmoordpogingen ondernomen en per jaar zijn er 400.000 mensen die zelfmoord serieus overwegen. Deze cijfers zijn duidelijke indicatoren van het zogenaamde geluk dat het Westen belooft.
De kapitalistische visie op het leven is een exemplarisch voorbeeld van een conflicterende visie op de realiteit. De seculiere visie op het leven is in feite een tegenstrijdig compromis. Het concept dat de Staat gescheiden wordt van religie in de politieke wetgeving betekent feitelijk dat men indirect wel een religieuze autoriteit erkent, maar dat deze autoriteit niet geïmplementeerd mag worden in het dagelijks leven. Vanwege deze tegenstrijdigheid zullen natuurlijkerwijs de systemen die vanuit dit uitgangspunt worden opgesteld, falen om de problemen van de samenleving op te lossen.
Verder zou men van een correct systeem moeten kunnen verwachten dat de organische behoeften en instincten van de mens bevredigd worden op een menselijke manier. Dat wil zeggen dat ieder mens op een menswaardige wijze aan zijn levensonderhoud kan komen en dat hij niet constant vernederende activiteiten hoeft te verrichten om zijn behoeften te kunnen voorzien. Als er drie miljard mensen gedwongen worden om te bedelen, stelen en bedriegen dan kan met recht worden vastgesteld dat het systeem faalt.
Hoewel Islam momenteel nergens volledig een praktische realiteit kent, kunnen we toch aan de hand van de islamitische geschiedenis aantonen wat de effecten van dit systeem waren. Zo is er overgeleverd dat in de tijd van Khalifah ‘Omar ibn Abdoel Aziez er geen enkele inwoner van de Islamitische Staat gevonden kon worden die behoefte had aan de zakaat. Er was dus een effectieve verdeling van welvaart gerealiseerd, zelfs in het Afrikaanse continent!
Tevens is het bekend dat er in de gehele geschiedenis van de Islamitische Staat, in vergelijking tot kapitalistische staten, slechts weinigen zijn bestraft voor diefstal. Immers, iedere inwoner had al voldoende rijkdom en de sancties van Islam zijn de effectiefste sancties want ze zijn opgelegd door de Schepper (swt).
De wetgeving van Islam is voor iedereen gelijk. Zelfs de Khalifah is ondergeschikt aan de sharia. Zo blijkt ook uit het verhaal van ‘Ali (ra). Ondanks dat hij zeker wist wie zijn schild had gestolen, kon hij geen objectieve getuigen voordragen aan de rechter. Hierdoor werd de Joodse man tot zijn eigen verbazing vrij gesproken.
Het sociaal systeem van Islam is het enige systeem ter wereld dat ervoor heeft gezorgd dat etnische verschillen compleet teniet werden gedaan. In de Islamitische Staat zijn racistische vervolgingen, rebellie vanwege rassendiscriminatie of vrouwendiscriminatie nooit voorgekomen. Het is enkel in een later stadium van de afzwakkende Ottomaanse Khilafah dat moslims van verschillende afkomsten tegen elkaar werden opgezet door buitenlandse koloniale machten.
Kortom, het is van cruciaal belang dat de systemen de samenleving ordenen aan de hand van een juist begrip van de realiteit. Een systeem dat gebaseerd is op een conflicterende visie van de realiteit zal nooit en te nimmer duurzame oplossingen bewerkstelligen. Het Kapitalisme is er niet in geslaagd om een stabiele, veilige en duurzaam bestaan voor de mensheid te bewerkstelligen. Net als haar voorganger het socialistische communisme zal ook dit falend systeem weldra aan haar einde komen.
Islam biedt oplossingen voor alle facetten van het leven. Haar visie op het leven overtuigt het verstand definitief en haar oplossingen harmoniseren met de natuurlijke aard van de mens. Islam heeft rente absoluut verboden, en Islam garandeert de basisbehoeften voor iedere nakomeling van Adam. Het Islamitisch systeem hoeft geen maatregelen of oplossingen te lenen van andere ideologieën om de problemen van de mensheid op te lossen. De Islamitische visie overtuigd het verstand en past bij de natuurlijke aard van de mens en het is daarom het enige beste alternatief voor de moslims en de gehele mensheid.
1
-
1
-
@josboersema1352 Democratie bestaat niet. Er wordt vaak gesteld dat de oorsprong van de hedendaagse democratie terugvoert tot de oude Grieken, meer precies het Athene van omstreeks de 5e eeuw voor het begin van de christelijke jaartelling. Athene was op dat moment niet de hoofstad van Griekenland zoals zij vandaag de dag is maar eerder een stadsstaat op zichzelf. De stad Athene met haar omstreeks 30,000 “vrije” burgers als inwoners (de slaven in de stad niet meegerekend) vormde op dat moment een natie op haar eigen. Deze stadsstaat werd door middel van een volksvergadering bestuurd en zo’n 40 maal per jaar waren de vrije, autochtone mannen van Athene welkom in de volksvergadering om als ekklesia (de aanwezigen in de Atheense volksvergadering) zich uit re spreken over de aangelegenheden van de staat die een oordeel of een oplossing behoeften. Deze vergaderingen werden in eerste instantie gehouden op de marktplaats van de stad, de agora. Later werden de zittingen verplaatst naar de heuvel pnyx iets ten zuiden van de marktplaats.
De staat Athene werd dus niet geregeerd door een koning of keizer zoals gebruikelijk voor die tijd, maar door haar onderdanen collectief. Men denkt dat omstreeks 16% van de inwoners van het oude Athene aan de vereisten voor deelname aan de Atheense volksvergadering voldeed, omdat vrouwen, niet in Athene geboren mannen en slaven hier geen recht hadden.
De vrije, volwassen, autochtone mannen van Athene mochten zitting nemen in de vergadering omdat men er van uit ging dat zij over de capaciteiten beschikten die nodig waren om een staat te kunnen besturen.
Iedere zitting van de vergadering nam een aanvang met een algemene vraag gericht aan het collectief van aanwezigen “Tis agoreuein bouletai (wie wenst de vergadering toe te spreken)?”.
Het “Atheens model” van bestuur kende in de rest van Europa geen navolging. En met de invasie van het Grieks-schiereiland door de Macedoniërs omstreeks de 3e eeuw voor het begin van de christelijke jaartelling kwam aan dit Atheense systeem van democratie een einde.
Gans Europa werd hierna geregeerd op basis van de ideeën van de theocratie. Wat dit betekende voor het bestuur van de Europese staten is het best verwoord geworden door koning Louis XIV (1638 – 1715) van Frankrijk, die zei “L’État c’est moi (de staat dat ben ik)!”. Onder de theocratie werden de staten in Europa bestuurd door monarchen, koningen, keizers of andere edellieden, die voor zichzelf de alleenheerschappij opeisten. Het volk, de onderdanen van de Europese staten, speelde geen rol binnen het bestuur van de staat. De Europese monarchen werden hiertoe in staat gesteld door het christelijke dogma van het Goddelijk Recht voor de Heerser. De kerk in Europa leerde de mensen dat God de heersers gekozen had en dus dat zij gehoorzaamd moesten worden, als onderdeel van de gehoorzaamheid tegenover God. De Europese monarchen konden dus doen en laten wat zij wilden en zij konden hierbij de belangen en wensen van hun onderdanen kompleet negeren.
Tijdens de Verlichting in de 17e en 18e eeuw naar christelijke jaartelling, werd het idee van democratie weer populair in Europa. De Europeanen leden enorm onder de theocratie, het Goddelijk Recht voor de Heerser, en sommige mensen begonnen daarom te zoeken naar een andere manier om de staat te organiseren. De denkers dit deze zoektocht leidden kwamen uit bij de democratie van de oude Atheners als alternatief voor de theocratie.
Het oude Athene werd voor deze denkers een ideaalbeeld, zo blijkt ook uit het feit dat de naam voor het nieuwe politieke systeem dat zij voor ogen hadden een verbastering is van de oud-Griekse term voor deze vorm van staatsbestuur. Démos betekent volk in het oud Grieks en kratos betekent macht of regeren. Démoskratos betekent dus zoveel als “het volk regeert”. De visie van de Verlichtingsdenkers was dat onder een democratie zoals in het oude Athene het volk niet de slaaf zou zijn van een elite van kerk en adel maar haar eigen meester zou zijn. En dat de staat niet enkel in dienst zou staan van de belangen, wensen en verlangens van de elite, maar van de belangen, wensen en verlangens van alle mensen.
Dit idee van de Verlichtingsdenkers zou vervolgens in 1776 in Amerika, en in 1789 in Frankrijk, voor de eerste maal officieel tenuitvoer gebracht worden.
De implementatie van de démoskratos van de oude Grieken was voor een aantal redenen niet praktisch in Amerika en Frankrijk. In beide landen was het inwonertal bijvoorbeeld vele malen groter dan ooit in Athene het geval was geweest. De oplossing die werd gevonden is de reden dat de democratie van heden ten dage essentieel anders is dan het démoskratos van de Atheners. In het oude Athene bestond een directe democratie omdat ieder deelnemer aan het systeem zijn stem kon laten horen bij de volksvergaderingen. In de democratie van Amerika en Frankrijk, echter, kiezen de mensen enkelen uit hun midden en zij machtigen dezen om namens hen deel te nemen aan de volksvergaderingen. De moderne democratie is dus een vertegenwoordigende democratie, het idee waarachter is dat de volksvertegenwoordigers in naam van het volk het land zullen besturen, in overeenstemming met de wensen en verlangens van het volk, omdat zij door het volk gekozen worden.
De moderne democratie kent naast de verkiezing van vertegenwoordigers van het volk nog een aantal verdere karakteristieken, echter. Uwe Bekker definieerde democratie als “Een specifiek procedureel en grondrechtelijk kader dat gebaseerd is op de democratische idealen van vrijheid, gelijkheid en volkssoevereiniteit.” Fareed Zakaria noemt het ideaalbeeld van de Verlichting “de liberale democratie”, want, zegt hij, “voor de mensen in het westen betekent democratie ‘liberale democratie’, een politiek systeem met niet enkel vrije en eerlijke verkiezingen, maar waar ook de wet gerespecteerd wordt, waar scheiding der machten bestaat, en waar de fundamentele vrijheden van de mens (…) beschermd worden”. De moderne democratie is dus een geheel van drie elementen, te weten volkssoevereiniteit, vrijheid en gelijkheid.
Volkssoevereiniteit betekent dat het volk de soeverein is. Het volk bepaalt de wet, ofwel direct zoals in de Atheense vorm van democratie, ofwel indirect zoals in de hedendaagse vorm van de vertegenwoordigende democratie. De staat heeft immers de taak om de belangen, wensen en verlangens van het volk te dienen. De regering in de staat wordt aangesteld door het volk om hun belangen, wensen en verlangens te dienen. En de volksvertegenwoordigers voor de regering worden gekozen omdat het volk van mening is dat zij weten wat het volk wil.
Bij democratie hoort ook gelijkheid. Iedereen mag meedoen aan de verkiezingen en de stem van niemand legt meer gewicht in de schaal dan de stem van anderen. Oftewel, wanneer het aankomt op stemmen, ofwel direct over wetten en systemen ofwel indirect over degenen die als vertegenwoordigers zullen gaan stemmen over wetten en systemen, dan geld het principe van “one person, one vote (een individu, een stem)”. Dit is wat verkiezingen eerlijk maakt.
Vrijheid is een verder kernonderdeel van de moderne democratie. Het is zo belangrijk dat men zou kunnen dat in de afwezigheid van vrijheid er geen democratie kan bestaan. Degenen die stemmen moeten namelijk vrij zijn in hun keuze, anders is het stemmen in zichzelf betekenisloos geworden. Vrijheid voor het individu – vrijheid van meningsuiting, vrijheid van drukpers, vrijheid van samenkomst en de persoonlijke vrijheid om te doen en laten wat men wil – is dus een onafscheidelijk onderdeel van het politiek stelsel dat de wereld kent onder de naam democratie.
Als zodanig behoort men democratie te begrijpen als het politiek systeem waarin het volk zelf bepaalt met welke wetten en systemen geregeerd zal worden. Abraham Lincoln, een van de meeste bekende presidenten uit de Amerikaanse geschiedenis, verwoordde dit idee toen hij zei: “Democratie is de heerschappij voor het volk, door het volk, van het volk”.
1
-
@josboersema1352 Opvallend genoeg waren al de grote Griekse filosofen ten tijde van de democratie in Athene – Plato, Aristoteles en Socrates, tot op de dag vandaag geëerd in de westerse wereld – tegenstander van de democratie als staatsvorm.
Aristoteles, in zijn boek Retorika, onderscheidde vier verschillende staatsvormen, te weten de democratie, zijnde de staatsvorm waarin de mensen de ambten onder elkaar verdelen bij loting; de oligarchie, zijnde de staatsvorm waarin de mensen de ambten onder elkaar verdelen op basis van welvaart; de aristocratie, zijnde de staatsvorm waarin de mensen de ambten onder elkaar verdelen op basis van iemands opvoeding; en de alleenheerschappij, zijnde de staatsvorm waarin één persoon het centraal gezag uitoefent over allen. Volgens Aristoteles was de ideale staatsvorm een waarin een “filosoof koning”, oftewel een man van superieur intellect en wijsheid, alleen regeerde. De één na beste staatsvorm was die waar een alleenheerser het voorbeeld volgde van een filosoof koning voor hem. Volgens Aristoteles kwamen het oligarchisch of democratisch bestuur in gewenstheid pas na deze twee vormen van staatsbestuur.
De fundamentele kritiek van zowel Aristoteles als Plato op de democratie was dat zij het fundamentele idee erachter, zijnde dat ieder mens als van nature beschikt over de capaciteiten om zich op juiste wijze te kunnen bemoeien met het bestuur van een staat, verwierpen. Volgens Aristoteles en Plato was de democratische staatsvorm zwak omdat, volgens hen, in deze vorm van staatsbestuur uiteindelijk het bestuur zou berusten bij onwetende individuen, licht beïnvloedbaar door emotionele uitspraken van mogelijke demagogen.
Wat we weten over Socrates uit de geschriften van Plato over hem, is dat hij liet blijken dat voor hem de democratie niet meer was dan de heerschappij van het gepeupel, de onwetende individuen in de samenleving. Socrates werd uiteindelijk door de Atheense democratie ter dood veroordeeld vanwege zijn ideeën. Enkele demagogen binnen de volksvertegenwoordiging wisten de meerderheid van de mensen achter zich te krijgen om een veroordeling van Sokrates vanwege “het misleiden van de jeugd” mogelijk te maken.
Het standpunt van de Griekse filosofen is een eerste punt van kritiek op het idee van democratie. Niet veel mensen zouden oprecht durven beweren dat zij zichzelf in staat achten om als baas van een grote onderneming met duizenden werknemers, zeg voor het gemak SHELL, SOLVAY of PHILIPS, goed werk te verrichten. De meeste mensen erkennen toch wel dat een dergelijke positie bepaalde kwaliteiten vereist waarover niet iedereen beschikt. En kijkt men om zich heen, dan ziet men dat in werkelijkheid alles in het bestaan van de mens is gebaseerd op de aanname dat inderdaad de mensen in capaciteiten verschillen. Feitelijk alle ondernemingen en instelling in de wereld, groot of klein, werken op basis van een hiërarchische structuur met uiteindelijk een baas bovenaan de ladder, in erkenning van het feit dat posities van leiderschap bepaalde kwaliteiten van de mens vereisen. Het is enkel wanneer wordt gesproken en gediscussieerd wordt over het bestuur van de natie – een ongekend ingewikkelde en moeilijke taak, veel meer nog dan het leiden van “slechts” een onderneming! – dat in tegenspraak met de waarneembare realiteit van de mens, het uitgangspunt wordt dat ieder mens hiervoor even geschikt is.
Plato had nog een verder bezwaar tegen de democratie als politiek stelsel. Volgens hem leidt de democratie uiteindelijk altijd tot een dictatuur. De redenatie hierachter heeft te maken met vrijheid, en wordt door de Oostenrijkse filosoof Karl Popper voor een deel mooi onder woorden gebracht in zijn uiteenzetting betreffende het idee van vrijheid. Volgens Popper betekent de vrijheid die onderdeel is van de democratie “de vrijheid om alles te doen wat je wilt”. Maar, wie vrij is om alles te doen wat hij wil, is ook vrij om andere mensen van hun vrijheid te beroven. Ongelimiteerde vrijheid leidt dus tot slavernij, zegt Popper, en om de vrijheid te beschermen moet de vrijheid daarom aan banden worden gelegd. Plato gaat, van hetzelfde inzicht vertrekende, nog een stap verder. Volgens hem leidt de democratie onvermijdelijk tot anarchie vanwege de vrijheid die democratie impliceert. En in reactie op anarchie in de samenleving, de slavernij die resulteert uit absolute vrijheid, zal het volk zich volgens Plato uiteindelijk altijd wenden tot een persoon die belooft de orde te herstellen: de dictator.
Een derde punt van kritiek op de democratie is de realisatie dat in werkelijkheid het er niet zozeer om gaat wie de beslissing neemt, maar of het besluit de goede beslissing is of niet. In de democratie, echter, is de beslissing van de meerderheid bindend, ongeacht of de meerderheid de juiste beslissing heeft genomen of niet. Een voorbeeld uit in de context van de internationale politiek om dit verder toe te lichten. Stel, in een grote oceaan bevinden zich twee eilanden, beide perfecte democratieën waar het volk bepaalt. Één van de twee eilanden is heel erg rijk en welvarend en kent 10 miljoen inwoners. Het ander eiland is heel erg arm en kent 100 miljoen inwoners. Na een jaar van slechte oogst dreigt op het arme eiland de hongersdood voor 90 miljoen mensen. De democratisch verkozen regering van het arme eiland vraagt daarom hulp aan het rijke eiland. De regering daar maakt het volk de drie keuzes duidelijk:
1. Iedereen op het rijke eiland schenkt de helft van zijn bezit aan het arme eiland, om voor eens en altijd armoede daar te beëindigen (optie A)
2. Iedereen op het rijke eiland schenkt een eenmalige bijdrage van 10% van het laatstverdiende inkomen om de invloed van het mislukken van de laatste oogst op het arme eiland tot een minimum te beperken door middel van noodhulp (optie B)
3. Niemand van het rijke land draagt iets af (optie C)
Het principe van vrijheid en het daarmee gepaard gaande principe van “eigenbelang eerst” dat resulteert uit het fundament van vrijheid, zou ertoe leiden dat de mensen van het rijke eiland massaal stemmen voor optie C. Wat zouden zij tenslotte opschieten met een andere keuze? Mogelijkerwijs kiezen de mensen van het rijke eiland voor optie B, indien maar genoeg beelden van verhongerend kindertjes op het arme eiland worden getoond op tv, maar optie A als uitkomst lijkt een onmogelijkheid. Terwijl vanuit menselijk en moreel oogpunt enkel keuze A de juiste genoemd kan worden, is het dus zeer zeker niet uigesloten (en eigenlijk te verwachten) dat de democratie op het rijk eiland zal leiden tot een keuze voor optie B of C aldaar. En buiten dit, volgens de democratische maatstaf zou zowel B als C een juiste keuze zijn, wanneer zij tot stand komen via het democratisch proces. Een meerderheid heeft ervoor gekozen, dan heeft het volk besloten.
Ander mogelijke voorbeelden maken hetzelfde duidelijk, zoals de keuze voor belastingverlaging in ruil voor verlaging van de hulp aan zieken en mensen die geen werk hebben als gevolg van een tekort aan werk. Ook hier zal de democratie in combinatie met eigenbelang verwacht mogen worden een oplossing aan te dragen die menselijk gezien niet de juiste is: de meerderheid heeft belang bij verlaging van de belastingen en geen last van verlaging van de uitkeringen, en zal daarom voor verlaging van de belastingen kiezen, de minderheid van zieken en onvrijwillige werklozen met hun families in ellende stortend. Of deze keuze nu zou resulteren uit het democratisch proces of niet, als zij resulteert uit dit proces dan is zij volgens de democratische maatstaf de juiste keuze, ongeacht mogelijke gevolgen. In beide voorbeelden is duidelijk dat de te verwachten besluiten vanuit een menselijk en moreel perspectief niet juist zijn en onmogelijk juist kunnen zijn. Desalniettemin, omdat deze besluiten langs democratische weg tot stand gekomen zijn, moeten ze volgens de democratie toch geaccepteerd worden alszijnde juist.
Ten vierde, onder de democratie wordt van het volk verwacht dat zij nadenkt over de manier waarop de natie wordt bestuurd. Het volk moet immers beslissen hoe de natie met problemen om zal gaan (wetten), en hoe de levens van de mensen in de natie geordend zullen worden (systemen). Een probleem hierbij is dat de mens in zijn meningen, opvattingen en ideeën hij beïnvloedt wordt door zijn omgeving – de plaats waar hij opgroeit, de mensen met wie hij opgroeit, et cetera. Bijvoorbeeld een innoeït (eskimo) uit Groenland zal bepaalde ideeën hebben over de jacht op zeehonden, wat hem van het bont voorziet dat hem in leven houdt in de koude van het gebied waar hij leeft, en de jacht walvissen, wat hem van het vlees en het vet voorziet waarmee hij in zijn behoefte aan voeding kan voorzien. De meeste mensen op het vasteland van Europa hebben betreffende de jacht op zeehonden en walvissen volkomen andere ideeën, begrijpelijk ook gezien hun omgeving en de afwezigheid van een noodzaak voor hen tot jacht op zeehonden en walvissen. Afhankelijk van welke gemeenschap een meerderheid vormt binnen een hypothetische natie bestaande uit innoeït en mensen met Europese ideeën is het mogelijk dat de innoeït van Groenland daarmee voor een groot probleem gesteld worden. Een meerderheid met Europese ideeën zou de samenleving ordenen naar haar ideeën en onder het democratisch proces zou de natie haar oplossingen baseren op de Europese ideeën en de jacht op zeehonden en walvissen verbieden. Deze menselijk eigenschap om zich te laten beïnvloeden door zijn omgeving maakt het dus onwaarschijnlijk dat de oplossingen die langs democratische weg tot stand komen voor eenieder van de mensen over wie zij ten uitvoer gebracht worden de juist zullen zijn.
1
-
@josboersema1352 De politieke agenda wordt dus feitelijk bepaald door machten buiten het volk, maar net zo wordt publieke opinie beïnvloedt en bewerkt door machten buiten het volk. De media is in handen van slechts een kleine groep mensen, wiens politieke voorkeur en relaties tot de macht bekend zijn, en die in sommige gevallen zelf tot politicus overgegaan zijn. In Italië beheerste premier Berlusconi de media. Zijn Finivest onderneming bezat begin 2005 50.7% van de aandelen van Mediaset, de private media onderneming die concurreert met de RAI zenders (de staatsmediazenders) door middel van kanalen
Veel vaker nog dan dat referenda worden georganiseerd doen de democratische verkozen overheden gewoon wat ze zelf willen – zelfs wanneer, of juist wanneer publieke opinie tegen haar beleid gekant is. Voorbeelden van situaties waarin centrale overheden beslissingen hebben genomen die strijdig waren met de publieke opinie zijn eenvoudigweg te veel voorkomend om hier nog een opsomming te geven. Met andere woorden, in de praktijk doet de mening van het volk er niet echt toe. Veelal wordt dergelijk gedrag van overheden gerechtvaardigd door te stellen dat een regering een leidinggevende, paternalistische rol te spelen heeft. Maar dit zijn opvattingen die niet voor de democratie spreken maar ertegen, en die aangeven dat democratie als idee de mensen die haar propaganderen niet werkelijk overtuigd heeft. Een paternalistische overheid, namelijk, oftewel een overheid die bepaald wat goed is voor het volk en aan deze haar beleid oplegt als een vader die het beste weet wat goed is voor zijn kind, is contradictoir aan het idee van “voor het volk, door het volk, van het volk”. Onder dit idee, immers, heeft een overheid enkel als taak het ten uitvoer brengen van het beleid gewenst door het volk, niet het bepalen van het beleid voor haar volk. Toch is dit de werkelijkheid van democratie geworden. Wanneer president George W. Bush aangeeft dat democratie naar zijn mening niet is dat het volk zich overal mee mag bemoeien, maar dat het volk periodiek een mandaat afgeeft, dan geeft hij dit perfect weer. Maar dit is niet democratie, dit is een systeem van gekozen dictator.
Ten slotte, eerlijkheid gebied te zeggen dat democratie niet bestaat en nooit bestaan heeft, in geen enkele van de landen die zich democratisch noemen. De communistische staten van weleer noemden zichzelf democratisch, zoals de Deutsch Democratische Republiek (DDR) Oost-Duitsland. Maar niemand vandaag de dag die in deze landen werkelijk voorbeelden van de democratie ziet, omdat effectief de staat bepaalde hoe de mensen behoorden te kiezen wanneer hen om een keuze gevraagd werd. Maar dit is net zo in de westerse democratieën. Artikel 1 van de grondwet van de Verenigde Staten stelt “Al de wetgeeflijke macht hierin (de Verenigde Staten, red) zullen gevestigd zijn binnen het Congres der Verenigde Staten, welke zal bestaan uit een Senaat en een Huis van Afgevaardigden.” Artikel 2.1 stelt “Het Huis van Afgevaardigden zal bestaan uit leden verkozen ieder tweede jaar door het volk…” Artikel 20 van de grondwet van Duitsland stelt “De Federale republiek Duitsland is een democratische en sociale federale staat”. En artikel 1 van het handvest van de AIVD, de geheime politie van Nederland, geeft haar als taak “Bescherming van de democratische rechtsstaat.” Met andere woorden, de democratie van de Verenigde Staten en Duitsland is grondwettelijk verankerd, en in Nederland kent de politie een speciale eenheid wiens werk het is iedere niet-democratische beweging te stoppen. Dus als 51% van het volk een staatsvorm wil anders dan de democratie, dan mag dit niet. En als 99,99% van het volk eenandere staatsvorm wil, dan mag dit nog steeds niet. Wat dit betekent is dat het volk niet de absolute soevereiniteit bezit, zoals de democratie voorschrijft zou moeten. De fundamentele keuze, namelijk betreffende de te hanteren staatsvorm, die is voor het volk gemaakt. Oftewel, de het democratisch ideaal van “voor het volk, door het volk, van het volk” kent geen realiteit in de wereld. De democratie bestaat niet.
1
-
1